zondag 27 januari 2013

Erfgroenten

Vroeger had elke streek zijn eigen erfgroenten en fruit. Mierlo stond bijvoorbeeld bekend om zijn Mierlose zwarte kersen. Waarschijnlijk zagen de tuinen er vroeger net zo uit als Afrikaanse of Aziatische tuintjes. Niet "netjes"in rijtjes maar alles een beetje in groepjes door elkaar en naast gekweekt ook veel wilde planten. Door selectie zijn al die erfrassen verdwenen (of bijna) en is er een uniformiteit ontstaan. In plaats van dat de groentenboer 80 verschillende soorten boerenkool heeft of 50 komkommervariƫteiten verkoopt hij/zij vooral groenten in zakjes. Als ik een stronk boerenkool wil of rauwe bietjes moet ik dat bestellen! Maar er is een tegenbeweging op gang gekomen. Sommige tuiniers zijn weer op zoek naar oude rassen en nieuwe en vergeten smaken worden weer gewaardeerd. In Mierlo zijn ze ook bezig met het weer aanplanten van de Mierlose zwarte. Ik ben ook op zoek naar zaden van vooral wilde planten. Ik ben er namelijk van overtuigd dat daar veel meer (genezende) inhoudsstoffen inzitten die ervoor kunnen zorgen dat de mens gezond blijft. Een eetbare wilde plant die veel voorkomt in Nederland is bijvoorbeeld de grote klis (Arctium lappa). De wortel, stengels, jonge bloemstengels en bloemknoppen zijn allemaal eetbaar. Vooral de wortels zijn erg smakelijk. De smaak lijkt wat op schorseneren maar is sterker. De stengels opgraven schillen en opkoken met scheutje azijn. Daarna kun je verwerken in een saus. Een kwekerij die zaden verkoopt van bijzondere groentensoorten is bijvoorbeeld; sanguisorba in belgiƫ.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten