EEN LEVENDE TUIN
Zorgen om wormen
Als klein meisje zat ik al graag op mijn knietjes in de
modder te wroeten. Ik vermoed dat er genoeg wormen in de bodem krioelden, want
regelmatig kwam mijn moeder aanrennen om nog net te zien dat ik een worm naar
binnen slobberde als een spaghettisliertje. In de jaren daarna heb ik me niet
meer bezig gehouden met de worm. Ik heb me sowieso weinig bezig gehouden met
diertjes in de bodem. Ik verdiepte me in de plantenwereld. Ik wist wel dat
wormen goed zijn voor de grond, maar dat wormen één van de belangrijkste
levensvormen op aarde zijn heb ik me nooit gerealiseerd.
Tot ik in september 2015 de gelukkige eigenaar/beheerder werd
van een tuin van 5000m2 in de Betuwe. Het stuk grond achter het huis lag er
kaal en stoppelig bij. Helemaal door mij in te vullen. Ik had grootse plannen
met de tuin. Niet geremd door enige kennis van de bodem ging ik zo snel
mogelijk aan de slag. Er moesten bomen komen, liefs een hele hoogstamboomgaard,
vogelhagen, geneeskrachtige kruiden, een groentetuin, klein fruit en wilde
eetbare planten. En natuurlijk moet de achtertuin een mooie tuin worden,
aangenaam om in te verblijven voor mens en dier.
Na 22 jaar geworstel op klapzand was ik heel blij weer te
kunnen tuinieren op klei. Voor de hoogstamfruitbomen moesten grote gaten
gegraven worden. Achteraf realiseerde ik mij dat er toen totaal geen bodemleven
te zien was. Pas toen de bomen niet groeiden begon ik mij af te vragen wat er
aan de hand was. Na een aantal rondleidingen elders, een permacultuur weekend,
een voedselboscursus en boeken lezen kwam ik tot de conclusie dat ik de bomen
in de woestijn had geplant. Mijn tuin was een maisveld geweest, de meest mishandelde
en uitgeputte dode grond die er blijkbaar is. Door monocultuur, kunstmest,
bestrijdingsmiddelen en diep ploegen was het bodemleven in mijn tuin totaal
verdwenen.
Natuurlijke intelligentie
`Waar de worm verdwijnt, gaan samenlevingen te onder `:
volgens Christopher Lloyd een bekende inmiddels overleden Engelse tuinman. De
worm maakt de grond vruchtbaar en voorziet de bodem van zuurstof. Wormen eten
compost, blad, kleine dode dieren en schimmels. Ze vermalen het voedsel tot een
fijne pasta, die ze uitscheiden. Elke worm kan per jaar 4,5 kg uitwerpselen
rijk aan fosfaat, kalium en stikstof produceren. Verder zorgen ze ervoor dat er
zuurstof bij de wortels kan komen en de bodem niet verdicht. Wormen zijn ook
een belangrijke voedselbron voor vogels en egels. Ik moest zorgen voor een
wormvriendelijke omgeving om die ijverige spaghettisliertjes te lokken en de
kleine samenleving waar ik woon te redden. Hoe wist ik nog niet.
Tijdens een cursus voedselbossen werd mij verzekerd dat je
vooral niets moest doen. Aanplanten, een hangmat ophangen en alles de grond
uitkijken. Dat vond ik geen aantrekkelijk vooruitzicht. Ik ben het liefst de
hele dag buiten en werk graag in de tuin. Het idee achter een voedselbos,
herstel van de bodem en biodiversiteit sprak me wel aan. Bovendien besefte ik
dat ik een manier moest vinden om die 5000m2 in mijn eentje te beheren. Ik
moest leren samenwerken met de natuur. Ik moest leren accepteren en respecteren
dat de natuur vaak veel beter weet dan ik wat op welke plek hoort en welke
planten en bomen en beestjes gedurende een periode elkaar nodig hebben. De
intelligentie van de natuur moest ik niet verstoren. Ik moest een manier vinden
om mijn plannen te combineren met wat mijn stukje aarde wilde worden. Ik wilde
een manier vinden om zoveel mogelijk biodiversiteit mogelijk te maken en ook de
door mij gewenste bomen, struiken en planten in de tuin te laten groeien.
De natuur als voorbeeld
Fietsend langs Betuwse wegen en onderwijl genietend van de
bloemenshow in de bermen, bracht mij op het idee van concurrentie. In de bermen
zie je geen monocultuur. Op één vierkante meter berm telde ik al snel veertien verschillende
planten. Terug in mijn tuin kijk ik daar ook beter naar ieder stukje grond. Ook
daar concurrentie. Of samenwerking? Zelfs zevenblad neemt geen dominerende rol
in. Ik probeer het zevenblad niet weg te halen maar gebruik het als betrouwbare
bodembedekker en plant er de planten die ik ook graag wil tussen. Want zevenblad
is een heerlijke groente die ik veel eet in het voorjaar als er in de
groentetuin nog weinig te beleven is. Anders naar planten kijken die we onkruid
zijn gaan noemen. Ik heb geen onkruid in de tuin. Ik heb gezaaide planten en
wilde planten die zelf hun plek kiezen. De meeste wilde planten groeien op
plaatsen waar ze een taak hebben. Ze zorgen voor ontbrekende stoffen in de
bodem. Wilde planten met lange wortels maken de bodem los. Ik moet leren
samenleven met zogenaamde plaagdieren, slakken, luizen, woelmuizen. Door niet
in te grijpen zorg ik ervoor dat ik natuurlijke vijanden naar mijn tuin kan
lokken.
Opnieuw begonnen
Alles wat ik ooit leerde over tuinieren, behalve
plantennamen, heb ik overboord gegooid. Ik ben opnieuw begonnen met ontdekken,
leren wat wel of niet werkt en wat iets toevoegt aan de biodiversiteit. Met
zorg voor de natuur probeer ik mijn stukje aarde te beheren rekening houdend
met alles wat leeft. Het levert vaak hoofdbrekens en gepieker op wat wel of
niet in de tuin past. In de plantenkeuze kun je veel verschil maken voor
vlinders, bijen, zweefvliegen, vogels. Ook onderhoud of liever gezegd geen
onderhoud levert een bijdrage. Het lange gras zit vol krekels en andere
beestjes, die laat ik met rust. Op de graspaden maai ik heel voorzichtig omdat
er vaak kikkertjes springen op ontdekkingsreis door de tuin.
Na 7 jaar
Ik heb de samenleving waar ik woon gered van de ondergang.
De wormen zijn teruggekomen in de bodem. De fruitbomen groeien en hebben veel
fruit gegeven. De bessenstruiken, druiven, vijgen, mispels, kastanjes geven
gul. In de vijver verdringen de kikkers zich op de waterleliebladeren. De hele
tuin zoemt, fladdert en leeft. Hoewel ik hem of haar liever niet tegenkom ben
ik wel trots dat een ringslang mijn tuin als standplaats heeft uitgekozen. Het
is een helende tuin geworden voor alles wat leeft. Voor mij als herborist is de
tuin ook mijn helende werkplaats. Ik pluk en droog voor het hele jaar
geneeskrachtige kruiden voor kruidenthee. Van meidoorn en rozebottels maak ik
saus en ketchup. Paardenbloem en teunisbloemknoppen worden ingemaakt als
kappertjes. De balsempopulierknoppen en arnicabloemen op olie worden gebruikt
voor een genezende zalf.
De vergevingsgezindheid van de natuur emotioneert me telkens
weer. Het maakt verschil wat we met onze tuinen en tuintjes doen. We hebben een
verantwoordelijkheid. We moeten tuiniers van de aarde zijn.