donderdag 1 mei 2025

lichaam

Heb je een lichaam of ben je een lichaam? Dit was de ingewikkelde opdracht van de schrijfavond. Sinds een half jaar zit ik in Wageningen bij een schrijfclub onder de bezielende leiding van Sonja. Ik heb gekozen voor biografische schrijven omdat ik het leuk vind om te schrijven naar aanleiding van gebeurtenissen in mijn leven. 

Op de schrijfavond worstelde ik met de opdracht. Ik had graag willen schrijven dat ik volledig opga in mijn lichaam. Pas de volgende avond durf ik het toe te geven aan mezelf. Ik heb voornamelijk een lichaam. Een lichaam dat ik beschouw als een kostbaar instrument. Zeer zorgvuldig schaaf ik wat aan de klankkast en draai ik voorzichtig aan de snaren. Ik verdiep me in wat mijn lichaam nodig heeft en waarom. Doordat ik een lichaam heb kan ik een lichaam zijn. Ik doe er veel voor om een lichaam te zijn. Ik let op mijn voeding, zorg dat ik voldoende water en thee drink, slik supplementen en zorg voor veel beweging. Daardoor kan ik de hele dag in de tuin werken en een lichaam zijn. Een lichaam dat me zonder aarzelingen gehoorzaamt. Een lichaam waar ik niet over hoef na te denken. 

Maandag fiets ik naar Arnhem, ruim een uur fietsen om de trein te nemen naar Zwolle. Ik ga wandelen met een buitengewoon fitte vriendin van 75. Onder het lopen bespreken we de meest uiteenlopende onderwerpen. Vaak gaat het over gezondheidsissues. Wat je allemaal moet doen en laten om op deze leeftijd gezond en fit te zijn en blijven. Wat we ook heel veel doen is lachen. We besluiten van Zwolle naar Hattem te lopen en terug. In Hattem eten we een kop soep op een terras midden in het stadje. Als ik terug kom van de WC staat vriendin M met een aantrekkelijke man van onze leeftijd ( die zijn schaars) te praten die een broodje zit te eten. Omdat M in Hattem woont, neem ik aan dat ze deze meneer kent. M vertrekt naar binnen om af te rekenen en ik neem het gesprek over. Op een gegeven moment vraag ik of hij een bekende is van M.  Hij kijkt me verontwaardigd aan en zegt: "helemaal niet, geen idee wie deze brutale vrouw is". M komt er net aanlopen en keihard lachend lopen we door. We zoeken een voetpontje met zelfbediening en lopen verkeerd. Daardoor zijn we langer onderweg dan gepland. Als we bijna weer op de plek zijn waar we begonnen, komt er een bekende man aanlopen. We roepen allebei enthousiast: "He ben jij niet de man van het terras". Al voor we elkaar passeren begint de man te roepen: "dat was mijn tweelingbroer, ik ken jullie niet". We komen niet meer bij van het lachen. 

In Arnhem aangekomen haal ik mijn fiets uit de stalling en geniet van mijn fietstocht naar huis. Als ik thuiskom zie ik een berichtje van vriendin M, we hebben 16 km gelopen. Wat een heerlijke dag. En wat fijn dat mijn lichaam de hele dag zonder mopperen met mijn meeloopt en fietst. 


dinsdag 22 april 2025

De Onderstroom

 In de NRC van zaterdag 18april een artikel van Jan Rotmans. In het artikel verwoordt hij mooi wat ik al een tijdje voel. Ik hoef niet te wachten tot de overheid duurzame beslissingen gaat nemen. Dat doen we zelf wel. Wij zijn de onderstroom. Ik begrijp van Jan Rotmans dat grote groepen mensen in Nederland het heft in eigen hand nemen. Ze gaan gezamenlijk grond aankopen en omzetten in natuur. Land van ons koopt boerderijen op en zoekt daar pachtboeren voor. Die boeren zijn er genoeg. Er is een lange wachtlijst, want een boerderij kopen is best lastig, begreep ik van de woordvoerder. Ik zou in Randwijk ook heel graag met meer mensen een stuk grond kopen en er een voedselbos en schuilbos voor wilde dieren van maken. Maar ik zie erg op tegen het juridische gedoe. In Randwijk hebben we wel een zadenkast geplaatst en een lezing gegeven over het zaaien van streekzaden. Hoe maak je een streekeigen tuin. Heel belangrijk om de planten die van oudsher in de streek voorkwamen waar je woont in je tuin te zaaien. Als het hele dorp mee doet en we nemen de dijk ook mee, dan zet het zeker zoden aan de dijk. Dan kunnen we gaan monitoren of ook de betreffende insecten die afhankelijk zijn van de streekplanten terug willen komen en weer autochtone  Randwijkers willen worden. Op social media krijg ik een oproep van extinction rebellion om te komen protesteren tegen het gebruik van pesticiden. Ik ben zeker tegen het gebruik van pesticiden, Maar als je gaat demonstreren en zelf geen biologisch voedsel koopt vind ik dat moeilijk te begrijpen. Daar begint het mee voor mij. De oproep is me te simpel en ik vind het teveel uitstralen dat het weer de boeren zijn die het niet goed doen. Natuurlijk moet er op veel boerenbedrijven iets veranderen, maar de consument moet ook bereid zijn meer te betalen voor het voedsel en bereid zijn minder vlees te eten en andere keuzes te maken. 

Dat is de maar die ik heb bij het artikel van Jan Rotmans. Ik zie de onderstroom ook. Ik beweeg me in groene kringen en daar is veel activiteit met het vergroenen van dorpen, pleinen, schooltuinen.  Groene markten worden druk bezocht. Dat vind ik heel inspirerend en daar krijg ik energie van. Maar zijn de mensen ook bereid hun leefstijl te veranderen. Minder vlees eten, minder en bewuster consumeren, minder auto rijden. Minder ver op vakantie.




dinsdag 1 april 2025

zon

 Als ik vertel dat ik minder snel verbrand door veel groenten en fruit te eten, kijken mensen mij ongelovig en ook wel eens meewarig aan. Veel mensen denken dat de huid een opgeplakt vel is en dat leefstijl geen invloed heeft op je huid. Maar onze huid is ons grootste orgaan. Wat we eten heeft zeker invloed op onze huid. Ik heb gemerkt dat ik geen kloven meer heb en minder last van een droge huid sinds ik minder koolhydraten en meer vet eet. Planten maken carotenoïden onder andere om zich te beschermen tegen verbranden door de zon. Als we veel groenten en fruit eten met carotenoïden is dat zichtbaar in de huid. Er zijn onderzoeken gedaan met foto's van mensen die veel groenten en fruit eten en van mensen die weinig groenten en fruit eten. Mensen die veel groenten en fruit eten worden aantrekkelijker gevonden en hebben/krijgen een andere, een iets meer getinte huidskleur. Dat komt door de carotenoïden, de kleurstoffen in groenten en fruit. Deze kleurstoffen zijn aantoonbaar in je bloed en zichtbaar in de huid. De carotenoïden beschermen niet alleen tegen UV licht, ze zorgen ook voor een gezondere meer elastische huid, samen met omega 3 vetzuren. 

In een radioprogramma komt een arts aan het woord. Ze verdiept zich in influencers die onzin verkopen op social media, zodat ze in de spreekkamer voorbereid is op waar de mensen mee komen. Veel influencers waarschuwen voor zonnebrandcrème omdat dit huidkanker zou veroorzaken. Dat ga ik niet beweren. Ik denk wel dat je voorzichtig moet zijn met zonnebrandcrème. Ik heb het niet in huis en zou het alleen gebruiken als ik in de bergen ging wandelen. Omdat de zon daar genadeloos is en je heel snel verbrand. Daar moet je zeker voor oppassen. Je moet zorgen dat je niet verbrand, dat geeft ernstige schade aan de huid met het vormen van veel vrije radicalen die zeker op termijn huidkanker kunnen veroorzaken. Bovendien is verbranden verschrikkelijk pijnlijk en je voelt je ook nog stom dat je het hebt laten gebeuren. Het nadeel van de zonnebrandcrèmes is wel dat het een filter is en deze filter houdt UV licht tegen. Maar je hebt ook UV licht nodig om vitamine D te maken. En misschien nog andere stoffen die we nog niet ontdekt hebben. Veel mensen in Nederland hebben een vitamine D tekort, Waarschijnlijk is onze voorgeschreven minimumwaarde van 50nmol per liter in het bloed veel te laag. Nieuwe studies laten zien dat een gehalte van 100 nmol/liter een betere waarde is om na te streven.  Vitamine D tekort is weer een van de oorzaken van huidkanker. Na een periode met weinig zon, voel je dat het je goed doet om in de zon te zitten. Even met je ogen dicht je gezicht naar de zon gericht. 

Het volgende waar de arts de influencers op "betrapt" is de uitspraak dat je huid in het voorjaar moet wennen aan de zon. Volgens de arts is dat een volstrekt belachelijke uitspraak en kan je huid niet wennen aan de zon. Dat ervaar ik toch anders. Omdat ik van het vroege voorjaar tot in het late najaar praktisch elke dag 6 uur buiten ben, gaat dat wennen aan de zon vanzelf. In het voorjaar begin je  `s morgens met veel kleren aan en in de loop van de dag trek je steeds meer uit. Geleidelijk word ik bruiner en went mijn huid weer aan de zon. 

Jammer dat de meeste artsen zo weinig verstand hebben van gezondheid. Ze waarschuwen voor ziektes, zonder uit te leggen wat je kunt doen om je gezondheid te verbeteren.  

maandag 31 maart 2025

insulineresistentie

Ik raak steeds meer overtuigd van het belang van ketonen. Mensen die een ketogeen dieet volgen, veel afvallen en zich geweldig voelen. Mensen die door intermitted fasting hun lichaam leren om makkelijk over te schakelen op vetverbranding en daar heel fit van worden.  (ketonen ontstaan bij vetverbranding als je koolhydraatvoorraad op is) Profwielrenners krijgen na het fietsen een flesje ketonendrank voor sneller herstel en minder spierpijn. 

Ik kan me nog herinneren dat het ketogeen dieet voor het eerst bekend werd, dat werd toen het atkins dieet genoemd. Mensen vielen er zeker van af, maar in de professionele voedingswereld had men er geen goed woord voor over. Er werd gewaarschuwd voor het cholesterol. Zo langzamerhand beginnen er steeds meer onderzoeken te verschijnen die aantonen dat een ketogeen dieet voor sommige mensen een oplossing kan zijn. Een oplossing om wel te kunnen afvallen en dit beter te kunnen volhouden. 

Vooral als er sprake is van insulineresistentie. Mensen met overgewicht hebben allemaal insulineresistentie. Maar ook als er geen sprake is van overgewicht kan er insulineresistentie zijn. Stel je eet een boterham met halvarine en jam. Dat zijn hoofdzakelijk koolhydraten die je binnenkrijgt. De koolhydraten worden afgebroken tot glucose. Glucose moet de cel in om verbrand te kunnen worden in de mitochondriën om als brandstof te dienen voor je lichaam. Glucose heeft insuline nodig om de cel in te kunnen. Dit mechanisme werkt niet goed bij mensen met insulineresistentie. het gevolg is dat glucose in het bloed blijft en je lichaam gaat als reactie teveel insuline aanmaken. Een hoog insulinegehalte in je bloed zorgt voor honger, zoetbehoefte, vermoeidheid, buikvet en moeite met afvallen. Als je insulineresistentie hebt is het heel moeilijk om af te vallen. Door een te hoog insulinegehalte in het bloed heb je altijd honger en behoefte aan zoet. 

Ik heb het nooit laten meten, maar ik vermoed dat de koolhydraat verwerking in mijn lichaam niet optimaal verloopt. Sinds ik, na het lezen van de voedselzandloper, mijn voeding totaal heb veranderd voel ik mij veel fitter. Ik ga nooit meer trillen, twee uur na het eten. En ik ben niet meer chagrijnig of onredelijk als ik honger heb. Als ik niet thuis ben en niks fatsoenlijks kan vinden om te eten, sla ik de maaltijd over. Dat gaat prima, zelfs als ik nog een paar uur moet fietsen. Ik heb mijn lichaam blijkbaar getraind in vet verbranden. Dat was niet mijn doel, dat is een prettige bijkomstigheid. Ik had geen idee dat ik waarschijnlijk insulineresistentie heb en door mijn eet- en leefwijze heb ik er geen last meer van.  

In de Verenigde Staten blijkt ruim 93% van de volwassenen insulineresistent te zijn. Voor Nederland zijn geen percentages bekend, maar mensen met overgewicht zijn bijna allemaal insulineresistent. Vallen mensen moeizaam af en vermoeden ze dat er iets mis is met de stofwisseling dan is er meestal sprake van insulineresistentie. Ik vermoed alleen dat je hiermee niet bij een huisarts terecht kunt. Je moet namelijk niet je glucosegehalte in het bloed meten, maar je insulinegehalte om te weten of er sprake is van insulineresistentie.  

Niet alleen is insulineresistentie een voorbode voor diabetes en hart- en vaatziekten ook voor de hersenen kan het schadelijk gevolgen hebben. Neuronen in de hersenen hebben glucose nodig om te kunnen functioneren. De glucose kan de cel niet in door insulineresistentie. Neuronen functioneren minder goed door gebrek aan brandstof. Uit recent onderzoek blijkt dat anders dan vroeger aangenomen, dat neuronen prima functioneren op ketonen. Ketonen ontstaan bij een ketogeen dieet (meer vet, weinig koolhydraten). Het hele lichaam functioneert prima op ketonen. Wielrenners drinken ketonen na de wedstrijd, het zorgt voor een sneller herstel en minder spierpijn. Het is een vies en heel duur drankje. Het goede nieuws is dat je lichaam ook zelf ketonen kan maken. Ketonen ontstaan in het lichaam door een ketogeen dieet en door intermitted vasten. Door regelmatig een beetje te hongeren en maaltijden overslaan, train je je lichaam om makkelijker over te schakelen op vetverbranding. 

zondag 16 maart 2025

trauma

Is anorexia een trauma? Is anorexia voor de rest van mijn leven zichtbaar in mijn hersenen? Dat vraag ik mij af terwijl ik zit te luisteren naar Griet op de Beeck. De Belgische schrijfster was een aantal weken geleden in theater de Kik in Elst. Ze verzorgde een aantrekkelijke en boeiende lezing. Griet laat zien dat een trauma voor de rest van je leven zichtbaar is in de hersenen. Iedereen heeft een of meerdere trauma's volgens Griet. Daar kun je van schrikken. Maar het goede nieuws is dat de meeste mensen, ondanks een trauma toch een prettig leven hebben. Sommige trauma's zijn te ernstig om mee te leven. Griet vertelt dat ze jarenlang niet veel zin in het leven had. Ze heeft jarenlang geleden aan diverse eetstoornissen, ook anorexia. Ze onderging de ene therapie na de andere. Tot ze bij Tessel van der Kolk terecht kwam en ze zich bewust werd van het misbruik door haar vader rond haar achtste levensjaar. Toen kon ze aan de slag met het accepteren en verwerken. Het goede nieuws is dat ze nu een gelukkig mens is en dat gunt ze iedereen. Ze spoort iedereen in de zaal aan om op zoek te gaan naar je trauma en ermee aan de slag te gaan. Ik ben geschokt door het idee dat veel mensen in de zaal zich zullen herkennen in het verhaal van Griet. Veel mensen in de compleet uitverkochte zaal hebben trauma's doorgaans opgelopen in hun jeugd, vaak door hun opvoeding. Ik denk aan mijn kinderen. Wat heb ik mijn kinderen aangedaan? 

Het ergste trauma heb ik opgelopen na de anorexia. Ik was 35 toen ik door de huisarts naar een psycholoog werd gestuurd. Ik had geen idee dat we het over anorexia moesten hebben. Ik had geen idee dat anorexia mij de rest van mijn leven zou achtervolgen. Niet voortdurend, maar af en toe. Niet als ziekte maar als verdriet over verloren jaren. Gemiste opleidingskansen, verdwenen vrienden. Het is een pijnlijk gat. De psychologe heeft me op weg geholpen en een goede aanzet gegeven om mee verder te gaan. Ze heeft me naar mijn ouders gestuurd om over deze periode te praten. Mijn moeder heeft me een trap na gegeven door de uitspraak die nog nagalmt in mijn hoofd: "we hebben allemaal wel eens wat". 

Mijn vader heeft alles wat hij heeft laten liggen als vader, die avond goed gemaakt. Hij vertelde dat hij zich erg veel zorgen heeft gemaakt. En dat hij zich kon voorstellen dat het voor mij een moeilijke periode geweest is. Een heel leven goedgemaakt met èèn zin. 

Heb ik mijn kinderen tranma's bezorgd? Vast wel. Waar mijn kinderen ook mee komen of wat ze mij ook in de toekomst ook verwijten over hun opvoeding, ze hebben altijd gelijk. Het gaat er namelijk niet om hoe ik het ervaren heb om mijn kinderen op te voeden, het gaat om hoe mijn kinderen het ervaren hebben.   

donderdag 13 maart 2025

Rust Roest

 Ik ben een lezing aan het voorbereiden over verouderen. Of eigenlijk niet verouderen. Natuurlijk word ik ouder maar ik wil er alles aan doen om lang jong te zijn en kort oud. Dat zou de titel van de lezing kunnen zijn. Of succesvol verouderen. Maar mijn favoriete titel is: verouderen, ziekte of zegen.

Er zijn veel factoren die je kunt beïnvloeden om het verouderingsproces af te remmen. Een van de allerbelangrijkste is bewegen. Blijf bewegen. Daarom vind ik dat de wethouder in Dordrecht die bedacht heeft dat ouderen eerst een bewegingsprogramma moeten volgen voor ze poetshulp krijgen, een held. De man verdient een lintje. Hij verdient het om een standbeeld te krijgen, alleen voor de lef die deze man heeft getoond. Veel ouderen zijn namelijk niet in beweging te krijgen.

Een aantal jaar geleden was ik met mijn  ruim volwassen kinderen in de Franse Alpen. Zoon en schoonzoon gingen de Marmotte fietsen, een bijzonder zware fietstocht over een aantal Alpen toppen. Een bevriend stel van onze dochter kwam een paar dagen kamperen in de tuin van ket gehuurde huisje. Leuke gesprekken tijdens het avondeten. Het bevriende stel werkte allebei als basisarts in het ziekenhuis. Ze vertelden dat een van de meest voorkomend kwalen van ouderen etalagebenen zijn. Etalagebenen zijn pijnlijke benen door dicht geslipte aderen. Er zijn twee oplossingen: wandel therapie dan worden ze naar een fysiotherapeut gestuurd of een operatie. Tachtig % van de ouderen kiest voor een operatie, want wandelen doen ze toch niet, aldus de ouderen zelf.. 

Een aantal weken geleden verschenen er berichten in de krant van dappere bestuurders die ouderen die om poetshulp vragen, eerst een beweegprogramma aanbieden. Goed plan dacht ik. Het zijn tenslotte schaarse gemeente middelen die ingezet worden voor ouderen die dat doorgaans heel goed zelf kunnen betalen. Geld wat door de gemeente niet meer besteed kan worden aan goede fietspaden bijvoorbeeld. Het eindigde met een sketch van van Kooten en de Bie op het NOS journaal. Een bijzonder verontwaardigd echtpaar vertelt op hoge toon dat ze op de grond moesten gaan liggen en weer moesten opstaan. Dat konden ze natuurlijk niet. Jammer dat er geen fysiotherapeut of andere deskundige aan het woord is gelaten om te vertellen dat het best raar is dat je niet meer kunt opstaan. Ook al ben je oud. 


woensdag 5 maart 2025

guerillagardning?

"Ik ga guerillagardning toepassen op de dijkhelling achter mijn tuin" vertel ik aan de mensen die naar mijn lezing zijn komen luisteren. Maar het kan ook in de berm of op een braakliggend stukje groen dat wat kleur kan gebruiken. Ik herinner me de bermen van vorig jaar als behoorlijk bloemrijk op de meeste plaatsen. Op de dijkhellingen is het echter een treurige bedoening. Er staat smalle weegbree, een paardenbloem en een verdwaalde pinksterbloem. Dat kan beter. 

Het streekeigen zaadmengsel moet in het najaar of het vroege voorjaar gezaaid worden. Ik heb een aantal bakjes voorgezaaid en buiten laten staan vanwege de koude periode die sommige zaden nodig hebben om te kunnen ontkiemen. Om de dijkhelling op te fleuren heb ik streekzaden in klei gekneed. Deze zadenbollen ga ik in de dijkhelling stoppen. Met mijn hori hori maak ik een gaatje en daar stop ik het kleibolletje in. Of ik duw het bolletje in een molshoop. Tevreden loop ik terug naar huis. Tijdens het lopen schiet het verhaal van de Zweedse bioloog me te binnen. Dat heb ik al eens in een blog beschreven. De bioloog woont op een eiland in de buurt van Stockholm. Er zijn in Zweden ook veel onbewoonde eilanden. Het was hem opgevallen dat er op de bewoonde eilanden meer vlinders en insecten voorkomen dan op de onbewoonde eilanden. Wij kunnen best iets goeds toevoegen ondanks onze doorgaans destructieve manier van leven. Tegelijkertijd zit het verhaal van Marta in mijn hoofd. Martha komt voor in een documentaire van Paolo Cognetti, auteur van de 8 bergen, over zijn bergstreek. Martha baat een refuge op 2625 meter hoogte uit. Paolo vraagt aan Martha of zij zich behalve beheerder van de refuge ook de hoeder van de berg voelt. "Nee, de natuur heeft helemaal geen behoefte aan een hoeder. Als de natuur er genoeg van heeft laat ze ons wel verdwijnen": zegt Martha. Ik denk dat Martha gelijk heeft. Tot die tijd voel ik mij de hoeder van de dijkhelling achter mijn tuin. 

Ik zie het meer als mee helpen herstellen van alles wat we de afgelopen 50 jaar vernield hebben. 



woensdag 26 februari 2025

verhalen

Ik worstel met het onthouden van de tekst die bij de powerpoint presentatie hoort. Donderdag 27 februari ga ik voor Randwijk zoemmt in het dorpshuis De Haar in Randwijk een lezing geven over een streekeigen tuin. Er hebben zich al 30 mensen aangemeld en ik hoor van diverse mensen dat meer mensen hebben aangegeven te willen komen. Volle bak dus, zeker omdat we ook nog samen een pot met streekeigen planten gaan zaaien. 

Ik heb het verhaal op papier gezet en de foto's erbij gezocht. Nu een paar keer oefenen. Als ik de foto zie moet het verhaal vanzelf komen. Ik wil lekker vertellen en niet de hele tijd op het papier kijken. Het lukt niet goed. Ik kan niet onthouden wat bij de foto hoort. Er klopt iets niet, maar wat. 

Dan kom ik in mijn aantekeningen een uitspraak tegen van schrijfster Elif Shafak: "cijfers en statistieken beklijven niet, verhalen blijven bij. We vergeten herinneringen niet die we associëren met emoties". Ook Christiaan Weijts benadrukt in het NRC van 8 februari 2025 dat we eerst heel lang verhalen vertellers waren voor het gelezen woord er was.

Ik wil ook het liefst mijn boodschap verpakken in verhalen maar ben altijd bang dat mensen er niet op zitten te wachten. Dat ze gaan denken, ja zeg daar komen we niet voor. Ik besluit dat het mijn lezing is en dat ik het op mijn manier mag aanpakken.

Ik pas de tekst van de lezing aan en ga wel dezelfde boodschap vertellen maar verpakt in verhalen. Direct merk ik het verschil. Het gaat ineens vanzelf. 

Het blijft spannend een presentatie voor "eigen" publiek. 







dinsdag 11 februari 2025

Slopers?

 Ik visualiseer mijn nieuwe buren. Mijn nieuwe buren zijn mensen met hart voor groen. Ze genieten enorm van hun net gekochte bos. Ze gaan wel wat bomen verwijderen, maar kiezen met veel zorg welke bomen weg moeten. Ze laten het achterste stuk van het terrein, waar veel fazanten en hazen een schuilplaats vinden, ongemoeid. 

Het terrein van mijn buren is maar liefst 1 hectare groot. Ik heb me laten vertellen door de buurvrouw, die nu weg is, dat de tuin ooit is aangelegd door een tuinontwerper. Daarna hebben ze alles zoveel mogelijk met rust gelaten. Het resultaat is een prachtig bos met een enorme diversiteit aan bomen. Een bos waar ik erg blij mee ben. Toen ik, nu bijna 10 jaar geleden. begon in mijn tuin, stonden er in de voor en zij tuin een paar oude taxussen, verder waren er geen bomen. Het bos van de buren beschouw ik als iets dat er bij hoort. Er staat geen afscheiding tussen de twee tuinen en we weten niet precies waar onze tuin ophoudt en de tuin van de buren begint. Zolang je allebei je stuk grond ten dienste stelt van en rekening houdt met de natuur, maakt het ook niet veel uit van wie de grond is. 

Er komt een hoveniersbedrijf om de tuin wat "netter" te maken. Dagenlang zijn ze bezig. Ze verwijderen laaghangende takken en dode bomen. Tenslotte klepelen ze het hele terrein. Dat gaat met een soort bulldozer die alles verwijdert wat voor de wielen komt. Een van de hoveniers heeft blijkbaar wel interesse in het huis. Er zijn wel hoveniers die werken met aandacht voor de natuur, maar die zijn nog zeer schaars. Als de aardige hovenier het huis koopt, hou ik mijn hart vast, want de meeste hoveniers zijn slopers. 

Waar gaat het mis met de hoveniers. Ik herinner mij de hoveniers in mijn klas, 20 jaar geleden, allemaal  plantjes mensen. Geïnteresseerd in groen, lekker kletsen over plantjes. Tuinen aanleggen met veel planten. Gaan de hoveniers mee in wat de klanten willen? Of adviseren de hoveniers de klanten? Zouden mensen die ergens verstand van hebben, de zogenaamde professionals, niet de verantwoordelijkheid moeten nemen om de klanten te informeren in plaats van klakkeloos te doen wat mensen willen. Zou de hovenier niet net als bijvoorbeeld de huisarts mensen moeten informeren over hun verantwoordelijk. In geval van de huisarts over verantwoordelijkheid voor hun gezondheid en de hovenier over onze bijdrage aan de biodiversiteit met onze eigen tuin. 

Waarschijnlijk uit angst om te betuttelen, gebeurt dat te weinig denk ik. Ik lees op Nature Today over een hovenier in Kampen. Hij vertelt over een "verwaarloosde" tuin. Zo min mogelijk de bodem verstoren is zijn motto. Zoveel mogelijk hergebruiken, kale grond bedekken en inheemse planten toevoegen. De provincie Overijssel biedt een gratis workshop aan voor hoveniers en tuinontwerpers over natuurlijk tuinieren. Mooi initiatief.

Ik heb stress over de toekomst. Het enige dat ik doen is visualiseren en vertrouwen dat het goed komt. Als je niet van groen houdt koop je geen huis met een hectare grond? Toch? 



 

dinsdag 21 januari 2025

Zien

 "Het is koud": zegt buurman Jan. Hij laat Diesel uit en loopt net voorbij mijn oprit als ik de deur uit stap om een rondje te lopen. "Ja het is winter": antwoord ik. Ik bedoel te zeggen. dat ik het wel fijn vindt dat het koud is. "Nou we hebben anders ook nog geen winter gehad": is het sombere antwoord van Jan, die doorgaans best goed gemutst is. We lopen een eindje samen op, maar al snel besluit ik door te lopen. De hond moet overal snuffelen. Sinds ik geen hond meer heb, vind ik het wel fijn dat ik alleen op mezelf hoef te letten. Ik heb de hele ochtend zitten werken aan een nieuwe lezing en ben blij buiten te zijn.

Ik loop snel langs het minder leuke stuk, een fietspad langs een weg. Daarna wordt het beter. Het mooiste stuk van de wandeling is onder langs de rijndijk. Lekker door de zuigende modder banjeren. Het water is weer gezakt, maar er staat nog steeds veel water in de uiterwaarden. Dat levert mooie plaatjes op met veel vogels. Op een af en toe passerende auto op de dijk na, is het heel stil. Het geluid van de vogels versterkt de stilte. Ik ga stilstaan en kijk langdurig om me heen. Het is al dagenlang mistig en ik geniet er enorm van. De stilte, het mysterieuze licht, vervagende contouren in de verte. In de verte loopt een weg door de uiterwaarden naar de steenfabriek. De weg ligt wat hoger dan de uiterwaarden. Ik weet dat de weg er ligt, maar ik zie de weg niet. Ik zie een fietser op weg naar de Rijn. De fietser lijkt in de lucht te fietsen. Het kleine figuurtje beweegt gestaag in de richting van de steenfabriek. Ik kijk naar de mistige uiterwaarden met het geluid van de vogels. Ik zie de vogels vliegen in het doodstille water. Ik kijk om me heen en ben helemaal vervuld van zoveel schoonheid. Ziet nou niemand dit? 

Op het weerbericht op de radio hoor ik de stem van de weervrouw: alweer een grijze dag vandaag. Zeker alweer een prachtige grijze dag vandaag. 



zondag 19 januari 2025

Gewildheid

Sommige woorden zijn zo goed getroffen en dekken helemaal de lading. Zo jammer dat ik er zelf niet opgekomen ben. Ik worstelde bij lezingen en workshops altijd met hoe ik planten moest noemen die de meeste mensen onkruid vinden. Gewildgroei: een mooi gevonden woord (niet van mij) voor aanwaai planten. Aanwaaiplanten die zeer welkom zijn, Mijn tuin heeft veel gewildgroei. Ik heb wel gemerkt dat veel gewildgroei ook weer vanzelf verdwijnt. Ook al wil je dat niet.

Veel van de planten die mensen onkruid noemen heb ik ergens (een klein polletje) uitgegraven en in de tuin gezet. Madeliefjes, moerasspirea, dovenetel. Van anderen heb ik zaad verzameld en uitgestrooid: wilde peen, wilde pastinaak. Fluitenkruid wil ik graag hebben maar dat lukt nog niet.

De laatste 2 jaar heb ik veel aangewaaide gewone berenklauwen in de tuin. Eerlijk gezegd zag ik dat met lede ogen aan. Het waren er wel heel erg veel. Maar na nadere bestudering ben ik er heel blij mee. Ze hebben een hele lange bloeiboog, vroeg en late planten en de bloemschermen zoemen van de insecten. Nu met die dagenlange aangevroren mist zijn de hoge uitgebloeide bloemschermen prachtig wit berijpt. 

De gewone berenklauw leert mij ook weer een lesje over de tuin. De gewone berenklauw groeit op vochtige voedselrijke grond. Nu snap ik dat de gewone berenklauw in bijna de hele tuin te zien is, behalve in de groentetuin. Ik vond de oogst van het afgelopen seizoen van de meeste groenten weer erg tegenvallen. Zuchtend moet ik constateren dat de bodem in mijn groentetuin nog steeds niet goed genoeg is om een goede groenten oogst te garanderen. Ondanks dat ik een big bag lavagruis heb uitgestrooid over de hele tuin. 

In het voorjaar maar weer een big bag biologische bemeste compost bestellen en gewoon doorgaan. 

  

zwarte bessen

Als de GGD en het RIVM daadkrachtig zouden optreden tegen alle producten in de supermarkt die de gezondheid schade toebrengen konden we met supermarkten toe die een kwart van de oppervlakte zijn van nu.

Je komt bij de kassa en je hebt chips, frisdrank, kant en klaar soepen, sauzen, fel gekleurd snoep, zwaar bewerkt vlees en monatoetjes op de band liggen. De kassa geeft aan dat je het niet mee mag nemen, want schadelijk voor de gezondheid. 

Is het middel hier niet erger dan de kwaal?  Nu staat een van de weinige gezonde producten die er in de supermarkt te koop zijn in een kwaad daglicht. Ik zit zwaar verontwaardigd naar het nieuws te kijken. Zo veel ophef om zoiets tamelijk onschuldigs. Er zijn twee handenvol mensen ziek geworden en twee! in het ziekenhuis terecht gekomen. De rest van de eters heeft misschien een dagje rommelde darmen gehad. Minimaal 60 % van de mensen die met allerlei welvaartsziekten in het ziekenhuis terecht komen zijn ziek geworden door wat er gewoon in de supermarkt te koop is. Niemand staat er bij stil dat ze zichzelf schade toebrengen door die winkelwagens vol met rommel die naar binnen gewerkt worden. 

Ik was al kwaad, maar tijdens het schrijven word ik steeds kwader. We worden door de GGD en het RIVM totaal niet beschermd tegen schadelijke producten en zeker niet tegen schadelijke stoffen in ons water, bodem en lucht. Het lijkt nu wel alsof ze blij zijn dat er een keer een besmetting is met hepatitis A ,zodat we in het nieuws kunnen zien dat ze nog bestaan en echt wel iets doen. 

  

dus toch

 "Kun je je wel warm fietsen met deze kou" : vraag ik aan een wielrenster die naast mij gaat staan op de pont naar Wageningen. Het is zaterdagochtend, het vriest niet hard maar de kou bijt in mijn vingers en tenen. De vrouw naast mij vertelt dat ze wel hard moet fietsen om warm te worden. Nu ze staat te wachten koelt ze snel af. Ze vertelt dat ze sinds 2 jaar 4 keer per week op de racefiets stapt om een rondje te fietsen. Ze is twee jaar geleden begonnen met een leefstijltraject en vertelt trots dat ze 40 kilo is afgevallen, Terwijl ze vertelt zie ik aan haar dat het een zwaar traject was, maar dat ze trots is op en blij met het resultaat. Ze kijkt me vrolijk aan en vertelt dat ze nooit meer pijn in haar rug heeft in tegenstelling tot 40 kilo eerder. 

Nu word ik heel nieuwsgierig. Met hoeveel mensen is ze begonnen en hoeveel hebben de eindstreep gehaald? Ze is in een groep van 15 personen begonnen en twee zijn er in geslaagd daadwerkelijk significant gewicht te verliezen. "Wat maakt nou dat het jou wel is gelukt en de anderen niet": vraag ik. Ze kijkt peinzend over het water. "Tja zegt ze, ik zet 4 x per week de wekker om te gaan fietsen": dat is best een opgave. Voorzichtig werp ik het woord in de strijd waar ik toch steeds op uit kom. Ik vraag: "Denk je dat discipline er iets mee te maken heeft", "Oh zeker ": antwoordt ze in volle overtuiging. Ik had nog veel meer willen vragen, maar we zijn al aan de overkant. 

Ze blijft nog lang in mijn gedachten. Zou dit onderzocht worden? Waarom lukt het sommige mensen wel en andere niet om daadwerkelijk een nieuwe leefstijl vol te houden? Misschien is obesitas een ziekte maar het is te genezen. Ik heb het idee dat er niet naar de juiste dingen gezocht wordt. Ik verlaat op zondagochtend mijn warme huis om te gaan hardlopen in de kou. Niet omdat ik er zoveel zin in heb, maar omdat ik weet dat het goed voor me is en omdat ik daarna de hele dag een heerlijk voldaan gevoel heb.  

Is dat discipline? Ja, wat anders.