De uitrusting
Er is van alles te koop om een fiets kampeervakantie comfortabel te maken. Toen J. en ik 9 jaar geleden weer zijn gaan fietskamperen na ongeveer 30 jaar, zijn we begonnen een nieuwe uitrusting bij elkaar te sprokkelen in de buitensportwinkel. Elk jaar wat. Het moeilijke is echter dat wat je vorig jaar gekocht hebt, het volgende jaar alweer achterhaald is. Het nieuwe item is er mooier, inventiever lichter en praktischer. Ik kan uren doorbrengen in buitensportwinkels.
Ik hou van de kleding, ik ben gek op tentjes bekijken. Wat wegen ze, hoeveel uitgangen heeft deze. Ik wil namelijk altijd graag een eigen uitgang. Dat heeft onze tent nu overigens niet. Maar verder is het een ideale tent. Zeer ruim, superlicht 1,8 kg en in 2 minuten op te zetten. J. en ik hanteren ook in de buitensportwinkel de regel: wat niet kapot is wordt niet vervangen. Tikje spijtig vind ik dat soms wel.
Het allerbelangrijkste voorwerp in onze uitrusting hebben we het eerste jaar gekocht. Sterker nog, een fiets kampeer vakantie zonder leek mij een moeilijke opgave.
Elke keer als ik het uitpak, ben ik weer blij. Ritsje open, buizen en felgroene stof stort ik op de grond. Ik ben namelijk totaal niet zuinig op mijn spullen. Ik zet het buizenstelsel in elkaar, de buizen springen bijna vanzelf op de goede plek. Nu nog de stof er aan vast en dan staat er een stoeltje. Zo mooi dat ik toen ik het gekocht had, het eerst een paar weken in de kamer heb gezet zodat ik er naar kon kijken en af en toe even op kon zitten. Het is ook de duurste stoel die ik bezit. Sowieso een rijkdom om een stoeltje te hebben als je kampeert. We hebben dat niet van tevoren uitgeprobeerd, maar we passen precies met stoeltje en E-reader in de voortent. Als ik daar zit in het donker te lezen, af en toe tastend naar een glas met wijn dat ergens op de grond staat, ben ik intens gelukkig.
De route
J. houdt van routes plannen en veranderen. Ik bemoei me niet zoveel met de route. Mijn mening doet er zeker wel toe, maar ik stel me liever bescheiden op als het gaat over de bestemming. Voor mij is het zinloos een bestemming te kiezen waar ik die dag wil komen, want dat lukt toch niet. Als ik gepauzeerd heb moet ik goed opletten dat ik niet terug ga fietsen. Als ik met J. op stap ben is dat een zorgeloze verzorgde reis. Ik fiets gewoon achter J. aan en ik weet zeker dat het goed komt. We komen ook echt aan op de geplande bestemming. Ik kan lekker om me heen kijken en genieten van de omgeving. Sinds ik me meer bewust ben van de achteruitgang van de natuur, insecten en vogels kijk ik anders om me heen. Er vallen me meer dingen op. Kale nette tuinen, veel strakke zeer korte grasvelden. Heel veel maairobots die maar blijven maaien. Onze tweede camping is in Ootmarsum. Een prachtige plek aan de rand van een minicamping. We kijken uit over een gigantisch groen veld. Stil is het, te stil dringt langzaam tot me door. Er leeft hier niets behalve de mens. Geen insecten, geen vogels, geen egels, geen uilen. De mensen vinden het prachtig, ze missen niets. Op de WC's staan bewegingsmelders met vogelgeluiden.