zondag 10 november 2013

In mijn tuin is nog veel te zien.
De lijsterbes wordt voortdurend geplunderd door een zwerm spreeuwen. Merels eten de overgebleven druiven op.
De dahlia's bloeien nog. Er zijn nog steeds blaadjes van kruiden te plukken om te drogen.
Gisteren heb ik voor het eerst de Yacon opgegraven. Dat is een knolgewas afkomstig uit de Andes. De plant maakt twee soorten knollen. Eetbare knollen en broedknollen. De broedknollen kunnen bewaard worden in de koelkast of opgepot en op een vorstvrije plaats gezet en in het voorjaar weer uitgeplant. De eetbare knollen zijn rijk aan inuline (net als aardpeer) en kunnen als groenten gegeten worden. Als je ze een tijdje bewaard schijnen ze zoeter te worden. Niet te lang bewaren (binnen 2 maanden)als je wil profiteren van de inuline. De inuline valt uiteen in fructose moleculen en gaat zoeter smaken.
Het is een mooie plant, die twee meter hoog kan worden en gele zonnebloemachtige bloemen kan krijgen. Bij mij werd ze slechts ongeveer 80 centimeter en ze heeft niet gebloeid.
Wel heeft ze 6 eetbare knolletjes gemaakt. Op internet lees ik dat ze wel 10 kg knollen per plant kan produceren. De plant heeft tijd nodig om aan de grondsoort te wennen, dus volgend jaar vast meer knollen.
Het mooie blad kun je drogen en gebruiken voor kruidenthee. Op zoek naar de eventuele geneeskrachtige inhoudsstoffen vind ik alleen dat het een bijzonder gezonde thee is en zeer geschikt voor mensen met diabetes.
Ik droog het blad samen met wat ik nog vind in de tuin en berm. Dat is: duizendblad, basilicum Blue spice, boombasilicum, munt, agrimonie, een goudsbloem, calamintha en wild kattenkruid.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten